POST

Ik herkende tussen de stapel post die op mijn deurmat gevallen was direct de rouwkaart.

Niet dat de envelop – zoals vroeger vaak het geval was – een zwarte rand had. Nee, Ik zag het aan het formaat en het papier. Op de een of andere manier word ik altijd nieuwsgierig. Wie is er overleden? Met de envelop in de ene en een kop koffie in de andere hand, sloeg ik aan het mijmeren. Het is in ieder geval geen direct naaste. Dan had ik wel eerder en op een andere manier bericht gehad. Ik ken de overledene op de een of andere manier echter wel zo goed dat de familie de moeite nam een aankondiging en wellicht uitnodiging te sturen.

In gedachten liep ik mijn kennissenkring af. Mensen passeerden de revue en riepen oude herinneringen op. Aan mooie tijden en aan tijden die ik als minder prettig ervaren had. Er plopte echter geen ‘kandidaat’ op.

Brief

Juist-Onjuist

Wat wel degelijk naar boven kwam, was mijn kijk op leven en dood. Ik ben in mijn leven veel bezig geweest met leven en dood. Terugkijkend kon ik niet anders dan constateren dat ik meer met dood dan met het leven léven leven bezig was. En daar kwam het mij zo vertrouwde gevoel van weemoed naar boven. Geen weemoed in de zin van treurig zijn of ergens spijt van hebben. Een vorm van weemoed, waarin het terugkijken én voelen gepaard gaat met het inzicht dat het anders gekund had. Niet beter, niet slechter. Anders. De andere kijk die ik inmiddels op het leven had, zorgde ervoor dat ik me niet schuldig voelde over alles wat gebeurd was. Ik schaam me niet en ik heb van dat wat allemaal voorgevallen was ook geen spijt. Het is mij gelukt al die blokkerende emoties diepgaand te beschouwen en een juiste plek te geven. Wat voor mij betekende dat ik ze géén plek meer gaf. Omdat schuld simpelweg niet bestaat. En als schuld niet bestaat, zijn gevoelens van schaamte en spijt helemaal niet nodig en zeker niet ondersteunend aan je leven.

Dit wil niet zeggen dat ik trots ben op alles wat ik uitgevreten heb. Zeker niet. Het is mij inmiddels wel duidelijk dat ik nogal eens onjuist gehandeld had. Om te beginnen naar mezelf en daardoor ook naar anderen. En dat ik daarvoor verantwoordelijkheid te nemen heb.

Voor mij is het verschil tussen juist en onjuist handelen zo helder als glas. Ik baseer mijn oordeel op een paar simpele wegingen. Die weging doe ik vóór ik ga handelen. Ik stel mezelf simpelweg een paar korte vragen.

Wat ga ik doen? Waarbij ik elke keer als ik me dat afvraag weer herinnerd wordt aan het feit dat ik een groot deel van mijn leven dat niet gedaan heb. Ik deed maar wat.

Als ik me hiervan bewust ben, vraag ik me af wat dat handelen betekent voor de natuurlijke, systemisch uitgangspunten die ik in mijn leven geïntegreerd heb. Als ik van plan ben iemand iets te geven, vraag ik me af of ik wel energie heb om te geven. Daarnaast de vraag of ik wel écht wil geven. Niet alleen vanuit mijn verstand, maar zeker ook vanuit mijn ziel. Als deze vragen tweemaal een ‘ja’ opleverden, komt pas de vraag die op de ander gericht is: wil die ander wel nemen? Bij een derde ‘ja’, ga ik geven. Indien er éénmaal een ‘nee’ kwam, wordt er niet gegeven. Dit omdat het geven zonder energie en tegen je diepste wil, al dan niet gecombineerd met de weigering van de ander te nemen, simpelweg onjuist is en tot een verstoring, tot disbalans en daarmee tot lijden leidt.

Carel

Mijn mijmeringen over juist en onjuist werden verdrongen door mijn nieuwsgierigheid. Wie is er overleden?
Ik pakte een briefopener en maakte de envelop open.

Carel van Tilborgh las ik.

Op 78-jarige leeftijd na een kort ziekbed overleden.

Daarboven stond een korte tekst die, als ik het me goed herinner, aan Toon Hermans werd toegeschreven.

Ga nooit weg zonder te groeten
Ga nooit heen zonder een zoen
Wie het noodlot zal ontmoeten
Kan het morgen niet meer doen

Ga nooit weg zonder te praten
Dat doet soms een hart zo’n pijn
Wat je ‘s morgens hebt verlaten
Kan er ’s avonds niet meer zijn

Nou, dat was in het contact dat ik met Carel van Tilborgh had iets anders gelopen…

Groet

Carel was jaren geleden een collega van mij. Het was een hardwerkende en ietwat norse man, die weinig deelde over zijn privéleven en wat hem zoal bezighield. Een prima collega om mee te werken. Als je tenminste niet meer wilde dan werken. Toen wist ik niet wat ik miste. Nu wel. Ik miste verbinding met Carel. Met meer mensen destijds overigens. Zeker miste ik de verbinding met mezelf. Maar ja, ik was een aardige man die puur op zijn verstand leefde, zijn ziel in de parkeerstand had staan en zijn ding deed. Maar een ziel laat zich niet in een parkeervak zetten en roert zich. Ik had onbewust veel last van mijn zich roerende ziel. Ik had echter geen flauw benul van wat er gaande was. Deed dus geen enkele weging en ik was volop aan Carel aan het trekken gegaan. Ik probeerde Carel overal bij te betrekken en overal voor te interesseren. Of ik daar energie voor had en dat écht wilde speelde geen enkele rol. Ook de vraag of Carel daar wel behoefte aan had, of Carel wel wilde nemen wat ik onjuist gaf, was helemaal niet aan de orde.

Ik gaf. En zorgde er op die manier voor dat mijn wanhopige zoektocht naar verbinding met Carel gewoonweg niet kón slagen.

Weemoed…
Carel was een goed vakman en maakte carrière binnen het bedrijf. Ik had een smoes verzonnen om niet naar de afscheids- en promotieborrel te hoeven gaan. Hoezo ‘ga niet weg zonder te groeten…’ En nu een uitnodiging om bij zijn levensafscheid aanwezig te zijn. Zelfs een uitnodiging voor de koffietafel na afloop. Het kon niet anders dan dat Carel zelf mijn naam op de lijst gezet had.

Ik raakte ontroerd. Kennelijk was er meer verbinding tussen mij en Carel dan ik me gerealiseerd had. Me had durven realiseren. Hoe ziende blind en horende doof was ik geweest? Mijn kijk op het norse gedrag van Carel veranderde ter plekke. Was het wel norsheid? Of zelfbescherming van een gevoelige man, die geen rol wilde spelen in het armoedige toneelstuk dat ik voortdurend opvoerde? Ik werd er stil van.

Ik keek in mijn agenda en maakte ruimte om Carel alsnog een groet te gaan brengen. Persoonlijk, vanuit mijn ziel en met dankbaarheid dat Carel op deze manier onbewust bijgedragen had aan de kentering die er in mijn leven gekomen was. Een kentering die er voor gezorgd had dat ik stopte met overleven en gestart was met léven. Voluit te leven.

Ik belde de zoon van Carel die op de kaart als contactpersoon vermeld stond en vroeg of ik tijdens de dienst een tekst voor mocht dragen. De zoon reageerde blij verrast. Hij had voor het eerst van mijn bestaan gehoord toen hij mijn naam op de – inderdaad door zijn vader opgestelde – lijst zag staan. Vanzelfsprekend kreeg ik spreektijd.

En zo stond ik 4 dagen later achter een spreekgestoelte in een zaal vol met naasten van mijn oud collega Carel.

Ik las eerst wat haperend, maar daarna met vaste en ferme stem de tekst voor die ik zelf geschreven had.

DOODVERKLAREN

Vaak wordt met de dood iemand vaarwel gezegd
Maar is dat wel juist? Is dat wel terecht?
Komt het niet veel vaker voor dat mensen elkaar onbewust dood verklaren?
Al veel eerder dan het aards bestaan eindigt, vaak al jaren?
Omdat zij elkaar niet begrijpen, op zielsniveau elkaar niet verstaan
En er dan weinig overblijft, dan achteruit te gaan
Door bij elkaar weg te stappen
Zonder energie te steken in het elkaar snappen
Vaak wordt alleen gekeken naar het gedrag
Omdat op zielsniveau communiceren vaak niet mag
Of beter gezegd niet wordt gedaan
Omdat niet elk mens daarvoor open durft te staan
Want wie van ons heeft les gehad
In het leven op basis van je ziel? Intriest is dat
Zo komen slechts weinigen bij de bron van hun bestaan
En blijven zij op hun verstandelijke weg verdergaan
Terwijl het leven voluit leven
Alléén kan op basis van alles wat je is gegeven
Je leven léven gefundeerd op je holistisch zijn
Zorgt er automatisch voor dat er altijd diepgaande verbinding
met al wat leeft, zal zijn

Carel,
Ik heb te laat jouw bijdrage aan mijn leven kunnen omarmen
Me er pas later aan kunnen verwarmen
Dat staat mijn diepe dankbaarheid echter niet in de weg
Vandaar dat ik nu van vanuit mijn ziel het volgde tot je zeg
Ik durfde je destijds niet te groeten
Omdat ik mijzelf én jou niet durfde te ontmoeten
Nu wel, een intense groet van mens naar mens
Een vredig voortgaan, dat is wat ik je toewens

Olivier

Eerdere bijdragen van Olivier:
Olivier: Vitamine HBS & even voorstellen
Olivier: Vriendschap

Tot slot

De lotgevallen van Olivier worden op de website van De Roestenburgh als inspiratie geplaatst. Mocht je een mail willen krijgen als er een nieuwe inspiratie verschijnt, stuur dan even een bericht naar info@deroestenburgh.nl